Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want ziet, in de [53]stad, die [54]naar Mijn Naam genoemd is, begin Ik te [55]plagen, en zoudt gij [56]enigszins onschuldig gehouden worden? Gij zult niet onschuldig gehouden worden; want Ik [57]roep het zwaard over alle inwoners der aarde, spreekt de HEERE der heirscharen. 53. Namelijk Jeruzalem, genoemd Gods stad. 54. Hebreeuws, over welke mijn naam genoemd, of uitgeroepen is. Vergelijk boven hfdst.7 vs.10. 55. Hebreeuws eigenlijk, kwaad te doen. 56. Hebreeuws, onschuldig zijnde, of gehouden wordende, onschuldig gehouden worden? dat is, enigszins ongestraft blijven? Vergelijk onder hfdst.30 vs.11, en hfdst.46 vs.28, en hfdst.49 vs.12, en zie 1 Kon.2:9. 57. Dat is, Ik beschik door mijn goddelijke regering dat het, als op een bijzonder bevel, komen zal. Alzo Ezech.38:21. Vergelijk ook Jes.13:3, en Jes.46:11, en Jes.48:15; Ezech.36:29; Amos 5:8, en Amos 9:6; Hag.1:11. Hierom wordt het ook des Heeren zwaard genoemd, als hebbende van hem bevel, onder hfdst.47 vs.6,7. Zie wijders 2 Kon.8:1.